Dit receptje en bijhorende foto’s kreeg ik van Tine & Sander toegespeeld met volgend begeleidend tekstje ‘het is echt een goed taartje’.
Het ziet er in ieder geval veelbelovend uit. Ik ga het zeker eens testen.

2 vellen uitgerold bladerdeeg
600 gr witloof
200 gr gerookte spekjes
125 gr verse geitenkaas
1 dl lichte room
1 el boter
4 eieren
2 el hazelnoten
1 el vloeibare honing
nootmuskaat
tijm (echt maar een tikkeltje)
peper
zout

Verwijder het harde deel uit de witloofstronken en snij grof. Snij de geitenkaas in sneetjes van een halve cm. Hak de hazelnoten grof.
Smelt de boter in een pan/pot waar deksel voor is, want straks moet daarin gestoofd worden.
Bak eerst de spekjes krokant. Haal ze uit de pan en zet opzij, maar zorg dat het braadvocht achterblijft in de pan.
Laat het witloof er +-10 min in stoven op matig vuur. Kruid het ‘lof’ met nootmuskaat en peper en zout.
Neem een taartvorm van +-25-30 cm doorsnee. Leg er bakpapier in of vet-in-en-bestrooi-met-bloem. Leg er 1 van de vellen bladerdeeg in en doorprik een paar keer.
Klop de eieren los, voeg er de room aan toe en breng op smaak met peper en zout.
Voeg de mengeling toe aan het witloof en meng er ook de gehakte hazelnoten en spekjes onder. Giet de vulling over het deeg.
Verdeel er de sneetjes kaas over. Bestrooi met het tikkeltje tijm en bezorg elk sneetje geitenkaas een tufje honing.
Bedek de taart volledig met het andere vel bladerdeeg. Druk langs omtrek de 2 vellen goed op elkaar en snij het overtollige deeg gewoon weg.
Zet de taart in de oven voor +- 50 min.
Als je na een 10 – 15 min ziet dat de bladerdeeg reeds mooi gebruind is, Bedek dan met alufolie voor de resterende tijd om te vermijden dat het een quiche brulée wordt.

Recept & foto’s: Tine & Sander